Op deze site is onlangs gemeld dat de aanbesteding afgerond is voor het systeem van tien nieuwe geluidmeetstations, dat in de plaats komt van het systeem van de sterk verouderde en/of inmiddels ongunstig geplaatste bestaande tien meetstations.
Zie https://bvm2.nl/nieuw-geluidmeetsysteem-rond-eindhoven-airport/ en https://bvm2.nl/pamv-programmatische-aanpak-meten-vliegtuiggeluid/ .
Het is in beginsel beter om zoveel mogelijk bestaande locaties te handhaven, want dan kunnen de oude en de nieuwe metingen het beste vergeleken worden.
Maar soms is een locatie inmiddels overgroeid met bomen, of ligt er (wil een sterk verhaal) een papegaaiencentrum dichtbij, of wil de grondeigenaar ervan af.
Zodoende zijn er vier locaties dezelfde gebleven (op onderstaande kaart de nummers onder de 10), en zijn er zes nieuwe locaties gekomen (de nummers boven de 10.
Bij de locatiekeuze is een lijst criteria gehanteerd. Sommige komen van het PAMV-project, sommige van de nieuwe uitvoerder Casper.
Minimale voorwaarden locaties
- Geschikt voor validatie (volgens eisen PAMV) om het mogelijk te maken om meten en berekenen dichter bij elkaar te kunnen brengen.
- Zo veel als mogelijk laten staan t.b.v. geschiktheid validatie en historisch vergelijk.
- Plaatsing ook onder de gescheiden routes, omdat onder de vliegpaden de berekeningen de meest nauwkeurige resultaten geven.
- Zo min mogelijk overlap tussen de geluidmeetpalen t.b.v. betere spreiding van het meetnet in de omgeving.
- Bij voorkeur binnen, of zo dicht mogelijk bij, de 20 Ke contour t.b.v. een zo hoog mogelijke nauwkeurigheid van zowel metingen als berekeningen.
- Dichtbij elektriciteitsvoorzieningen/geschikt voor zonnepanelen t.b.v. een makkelijke plaatsing van de geluidmeetpalen.
- Weinig hoge bomen/mogelijke boomgroei in de directe omgeving zodat deze niet van invloed (gaan) zijn op de geluidmetingen.
- De locatie biedt genoeg mogelijkheid om vliegverkeer te onderscheiden van omgevingsgeluid. We richten op een verschil van minimaal 20 dB(A) tussen het achtergrondgeluid (L95) en het maximale geluid (LAmax,slow ) van een noise event.
- Geen reflecterende oppervlakken (anders dan de grond) binnen 10 meter van de microfoon. Daarbuiten geen oppervlakken waarvan de som van de hoogte en de breedte groter is dan de afstand tot de meetpost.
- De meetpost is toegankelijk voor bevoegden en is fysiek afgeschermd tegen toegang door onbevoegde personen, ter voorkoming van beschadiging van de meetpost door vandalisme. Hierbij gaat het overigens niet alleen om de toegankelijkheid door mensen, maar ook dieren die in de nabijheid van een microfoon kunnen zorgen voor schade aan geluidmeetposten.
- Geen obstakels in het gebied omgrensd tussen 70 graden links en rechts van het dichtstbijzijnde punt op de nominale verkeerswegen waarvoor de meetpost is bedoeld, en tussen 10 en 90 graden elevatie.
Er zijn ca 30 mogelijke locaties bezocht, wat uiteindelijk geresulteerd is in bovenstaande (en onderstaande) 10 locaties.
Over het algemeen wijzen bovenstaande criteria zichzelf.
Alleen het begrip ‘validatie’ verdient uitleg.
Het meten van geluid en het berekenen van geluid hebben als methode elk hun voordelen en nadelen.
Berekenen is goedkoop en kan over grote gebieden uitgespreid worden. De geluidsnormering is dan ook gebaseerd op berekeningen. (De discussie over hoe die berekeningen uitgevoerd worden is van groot belang, maar niet voor dit artikel). Aan de andere kant zijn berekeningen vatbaar voor systematisch verkeerde aannames. Deze berekeningen kunnen juridische kracht hebben.
Het meten van geluid is veel duurder (het meetsysteem kost tonnen per jaar) en werkt alleen op de beperkte hoeveelheid locaties waar een meetstation staat. Bovendien kunnen er ook met metingen toevallig of systematisch dingen misgaan.
Rond Schiphol bleek het op de officiele locaties gemeten geluid gemiddeld 2dB Lden hoger dan het op diezelfde locaties gemeten geluid, maar dat gemiddelde is van sterk uiteenlopende individuele verschillen.
‘Valideren’ betekent dat men metingen naast de corresponderende berekening legt, met als voornaamste doel om het rekenmodel te verbeteren.
Vanwege de wens om te kunnen valideren staan meetposten niet in een luidruchtige omgeving (dus bijvoorbeeld niet in een dorpskom0, maar in een gebied met weinig achtergrondgeluid.
De metingen worden openbaar toegankelijk.
